Zo langzamerhand is alles kaal geworden. De meeste bomen en struiken zijn nu kaal. De vaste planten sterven af. De winter doet z’n intrede, hoewel de vorst nog op zich laat wachten.
De struikrozen in de stadstuin bezitten nog wat armoedige blaadjes. Wat uitgebloeide bloemen zitten er hier en daar tussen. Slechts één mooie late gele theeroos staat nog in volle bloei. Haar schoonheid valt des te meer op nu ze alleen over is. De laatste glans van de zomer.
It’s the last day of summer
Left blooming alone
All her lovely companions
Are faded and gone