Donderdag 9 november 1944

Najaar – herfst – bessentijd.

In de kale bomen vallen de bessen en vruchten goed op. De bladeren zijn verdord of verdwenen. Veel bessen zijn de vogels ten goede gekomen en de zaden hebben zodoende hun natuurlijke bestemming gevonden.

Waar je ook kijkt: overal bessen en vruchten, met de prachtigste kleuren. Oranje cotoneasterbessen, rozenbottels, rode pruneskersen, rode berberisbessen, zwarte vlierbessen, wijnrode met witte kamperfoeliebessen, witte sneeuwbes enz. enz. Nog eenmaal voor de winterrust vallen de heesters en bomen op door deze pracht. Lees verder

Zaterdag 4 november 1944

Najaar. Dat wil zeggen: regen, stormen, herfsttinten, bessen, vruchten.

De heesters die dit najaar vol zitten met bessen, zijn de cotoneasters [dwergmispels; ML]. Prachtig mooie kleine oranjerode bessen, die goed aftekenen tegen de donkergroene bladeren met de diepliggende nerven. De achterkant van de blaadjes is lichtgroen, soms wat behaard. De nerven zijn rood. De takjes iets rood aangelopen.

Wat een schoonheid spreidt de natuur ten toon in de verschillende heesters! Gelukkig vindt men deze struikjes niet de moeite waard om te kappen en blijven zij over om de rijkdom van de natuur te verkondigen. Lees verder