54. Alarm in het bos

Fredeshiem 1952-1972

VosHet is een mooie zaterdag in mei. Er is Hiemwarvergadering.* Ons hele gezin gaat mee voor een dagje Fredeshiem. Ook ons zwarte, gladharige hondje Pittie. Er mogen in het huis geen honden komen en op het terrein alleen aan de riem. We laten de hond achter in de auto. Daar krijgt hij zijn eten. Lees verder

39. Pas op voor de hond

Sappemeer 1974-1978

PittiehondOnze kleine zwarte kefhondje was een oud honden­baasje gewor­den. Hij kwam nauwelijks de tuin meer uit. Meestal lag hij op zijn vaste plekje in de woonkamer of keuken en volgde mijn gangen.

In de tijd voor Pasen besloot ik met de oudste kinderen van de kinder­dienst een paasmaaltijd te houden. Ik wilde via het joodse Pascha ons avondmaal duidelijk maken. Niet het Pascha navieren, maar laten zien wat er gegeten werd. Er was die zondag geen dienst, dus wij hadden extra tijd. Thuis had ik alles klaargemaakt en terwijl mijn assistenten de tafel klaarmaakten, haalde ik de eetwaren uit onze keuken. Lees verder

24. Menno Simons

Bolsward 1958-1968

Hank Brouwer-van der Berg, Pittie op kanselDaar één van de kinderen als kleuter erg bang voor honden was, besloten wij zelf een hondje te nemen. Niet te groot, een ‘speelhond’. Wij werden op onze wenken bediend, want de volgende dag kreeg de hond van een kerkenraadslid uit Mak­kum jongen. Klein soort van on­bekend ras uit ‘mennist nest’.

Zes weken later deed een klein zwart gladharig reutje met witte bef en teentjes zijn intrede in de pastorie. Hij werd Pittie genoemd. De kinderen waren er blij mee. De grote kunst bleek om hem binnen de tuin te houden, want hij kon gemakkelijk tussen de struiken door en zelfs door de een­denvijver. “Een Makkumer vrijbuiter,” zei Leo. Lees verder