Slot: Dominee hèt een meid! Een interview

Interview uit 1992 door Ruth Winsemius

Lidy Laurense-van der MeulenHet verhalen vertellen zit tot haar eigen verbazing in haar bloed. Van haar losse, sterk relativerende vertelstijl konden de ADW-lezers vier jaar lang maandelijks genieten. Zr. Lidy Laurense-van der Meulen houdt er nu mee op. ‘Je moet niet te lang doorgaan met zoiets’, vindt ze. En bovendien had ze de ongewone ‘gewone’ gebeurtenissen in de laatste standplaats die ze als predikantsvrouw in actieve dienst had, nu beschreven. Lees verder

51. Gevonden: een koe

Fredeshiem 1952-1972

Hank Brouwer-van der Berg, KoeIn het weilandje bij Hiemsherne staan twee koeien. Zij zijn het eigen­dom van Schuurer. Het is het minimum aantal om nog melk te mo­gen leveren aan de zuivelfabriek in Tuk en van daar zuivelproducten te betrekken. Fredeshiem krijgt heerlijke volle melk.

Eigenlijk heeft Schuurer geen tijd voor de koeien. Hij heeft het in de zomer te druk met zijn camping en de taxidienst voor Fredeshiem. De koeien worden op de vreemdste tijden ge­molken. ’s Morgens om negen uur zitten Schuurer en zijn vrouw allebei onder een koe; dus moet er ’s avonds tegen donker opnieuw gemolken worden. Lees verder

49. Het verwende paard

Fredeshiem 1952-1972

Fredeshiem luchtfotoFredeshiem (Fries voor Erf van Vrede) is één van de vier doops­gezinde broederschapshuizen in Nederland. Het werd door Tjeerd Oeds Hylkema (1888-1962) in 1929 in de bossen bij Steenwijk opgericht als eenvoudig vakantie-, bezinnings- en conferentieoord voor met name (maar zeker niet alleen!) Friese doopsgezinden. Leo en Lidy Laurense zijn jarenlang nauw betrokken geweest bij het wel en wee van Fredeshiem. Leo was van 1952 tot 1972 secre­taris van de Hiemwar (het bestuur) en ook nadien zijn zij actief gebleven als gasten­leiding. Fredeshiem was voor hen de plek waar zij hun doops­gezinde overtuiging op een heel praktische manier met ande­ren konden delen en waar zij met hun gezin gelukkige tijden hebben beleefd. Lees verder

28. De zegen van Eussie

Bolsward 1958-1968

Hank Brouwer-van der Berg, Eussie (naar Jopie Huisman)Hij was een zeer nuttig man, de oude voddenman. Enige ma­len per week reed hij met zijn bakfiets door de stad en ver­gaarde alles, be­halve de schillen. Hij woonde in Makkum in een verzorgingshuis en luisterde naar de naam Eussie.

Hij was door de hele streek bekend. In Workum in het museum van Jopie Huisman hangt di­verse malen zijn portret. Hij zal tegen de zestig zijn ge­weest, hij liep krom, had een grote pet op, droeg een lange jas die bijna de grond raakte, en te grote schoe­nen. Zijn grote handen waren enorm sterk, want hij tilde met gemak heel zware voorwerpen in zijn bakfiets. Hij deed mij altijd denken aan één van de dwergen uit Walt Disney’s film Sneeuwwitje. Lees verder

27. Water – wolken – winden

Bolsward 1958-1968

Hank Brouwer-van der Berg, TornadoTijdens de winter van 1965 op 1966 regende het veel en lang­durig. Het gemaal bij Staveren was er nog niet en Tacozijl kon niet al het water wegwerken. De zuidwest­hoek van Friesland stond blank. Sommige dorpen waren alleen over het water bereikbaar!

Op een morgen ontdekte ik elf ransuilen naast elkaar op de tak van een iep achter ons huis. Vanuit het park en de weg waren zij niet zichtbaar. Zij hadden kennelijk de hogere en drogere omgeving van Bolsward opgezocht. Zodra het donker werd, gleden zij als geruis­loze scha­duwen de nacht in en te­gen de morgen zaten zij weer naast elkaar op hun tak. Lees verder

25. De winter van 1962-1963

Bolsward 1958-1968

Eend op ijsIn Friesland hebben wij verschillende koude winters beleefd. Die van 1962 op 1963 spande de kroon. Zware vorst, hevige sneeuwval en een ijzig harde wind. Het begon al in december. De binnenwegen stoven vol sneeuwduinen. Leo had twee schep­pen in de auto als hij naar Makkum of Witmarsum moest en op zondag, als hij moest preken, ging de buurjongen mee als uitgraaf- en auto-optil­hulp. Dat kon met een Citroën 2CV, een zogenaamde ‘eend’. Lees verder

24. Menno Simons

Bolsward 1958-1968

Hank Brouwer-van der Berg, Pittie op kanselDaar één van de kinderen als kleuter erg bang voor honden was, besloten wij zelf een hondje te nemen. Niet te groot, een ‘speelhond’. Wij werden op onze wenken bediend, want de volgende dag kreeg de hond van een kerkenraadslid uit Mak­kum jongen. Klein soort van on­bekend ras uit ‘mennist nest’.

Zes weken later deed een klein zwart gladharig reutje met witte bef en teentjes zijn intrede in de pastorie. Hij werd Pittie genoemd. De kinderen waren er blij mee. De grote kunst bleek om hem binnen de tuin te houden, want hij kon gemakkelijk tussen de struiken door en zelfs door de een­denvijver. “Een Makkumer vrijbuiter,” zei Leo. Lees verder

20. Poele

Bolsward 1958-1968

Hank Brouwer-van der Berg, PoeleDe vijver achter onze Bolswarder pastorietuin werd bevolkt door een twintigtal eenden. Vanuit het huis konden wij het hele jaar door het eendenleven meemaken. In de winter be­gonnen de woerden al vele kunsten te vertonen voor de da­mes. Begin maart gingen de eendenparen op de vreemdste plaatsen op zoek naar nestgelegenheid. Lees verder

19. De kikkerkelder

Bolsward 1958-1968

Hank Brouwer-van der Berg, KikkerDe pastorie, gebouwd in 1909 als rentenierswoning, lag hoger dan de tuin. Alle buitendeuren hadden een stoep van drie treden. Dit stelde mij voor de vraag, hoe met de kinderwagen in huis te komen. Als ik thuis kwam, liet Leo dadelijk zijn werk liggen om mij met de wagen te helpen. Een paar planken dienden als oprit. Uiteraard verdween deze moei­lijkheid met de jaren. Lees verder

13. Donderdag Meppeldag!

Meppel 1953-1958

Hank Brouwer-van der Berg, VarkenWie nu, in 1989, op donderdag Meppel binnenkomt, wordt op alle invals­wegen begroet door een grote houten middel­eeuwse heraut, die den volke kond doet dat donderdag Meppeldag is. Van oudsher is donderdag de marktdag in Meppel en van alle kanten kwam men vroeger al naar de markt toe. Dat is nu nog zo. Midden in de stad vele straten met marktkraampjes, die de meest uiteen­lopende waren aanbieden. Lees verder